De dag nadat we in Dordrecht geweest waren wilde ik even de bus gaan tanken bij het plaatselijke benzine station.
En zo reed ik vol goede moed de straat uit. Die moed was snel voorbij, want toen ik goed en wel de straat uit was en een beetje gas gaf, begon de motor tegen te sputteren en viel uit.
Ik stond midden op een drukke straat maar nog steeds dichtbij huis met een bussie die geen kant meer op wilde.
Mijn gedachten dwaalden af naar al die mensen die bij het kopen van hun bussie ook stil stonden en ik moest een beetje grijnzen. Ik opende het motor luikje en keek naar binnen. Zonder gereedschap en of lamp begon ik niet zoveel. Dus deed ik de klep weer dicht en ging weer achter het stuur zitten.
En na een paar keer starten sloeg gelukkig de motor aan, maar het ging niet van harte. En dus ging ik zo snel mogelijk weer terug naar huis. Ik was nog niet thuis of de motor van de bus sloeg weer af.
Dat was voor mij het teken dat het tijd werd om de motor een servicebeurt te geven. Ik kocht nieuwe bougies, nieuwe bougie kabels, nieuwe bobine kabel, nieuwe verdeelkap, nieuwe rotor, een nieuwe V-Snaar en een nieuw luchtfilter.
De carburateur ging eraf en die heb ik helemaal schoon gemaakt. Hij was erg smerig geworden. Veel zwarte rotzooi in de venturi. Ik zat lekker op zolder in me klushoekkie. Toen ik daar mee bezig was, was het hele huis vergeven van de penetrante benzine stank, maar dat moesten we maar ff op de koop toenemen.
De bus reed toen gelukkig weer, hoewel hij niet lekker liep en bij elk stoplicht afsloeg als ik niet genoeg gas gaf.
Aangezien de bus de winterstalling inging was dat een zorg voor een later tijdstip.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten